Skip to the main content

RvW 3.28 BB aanvullende voorwaarden terreinen en binnensportaccommodaties

Verenigingen hebben voor zowel de veld- als zaalcompetitie de verplichting om al dan niet eigen terreinen en binnensportaccommodaties beschikbaar te stellen voor het spelen van de thuiswedstrijden (RvW artikel 17 lid 1). Deze veld- en zaalaccommodaties dienen te voldoen aan de voorwaarden van het Bondsbestuur. In zijn vergadering van 23 mei 2018 heeft het Bondsbestuur de in artikel 17 RvW genoemde voorwaarden voor deze korfbalaccommodaties als volgt vastgesteld.

  1. Korfbalaccommodaties moeten voldoen aan de normen van NOC*NSF betreffende sportfunctionaliteit, bruikbaarheid en duurzaamheid. Deze normen zijn vermeld in het Handboek Kwaliteitseisen Korfbalaccommodaties. Daarnaast dienen de accommodaties te voldoen aan de Officiële Spelregels; alsmede aan reglementen en overige regelgeving van het KNKV.
  2. Het handboek Kwaliteitseisen Korfbalaccommodaties bevat normen, regels, richtlijnen en aanbevelingen die het Bondsbestuur hanteert voor de uitvoering en inrichting voor wedstrijdvelden, trainingsvelden en binnensportaccommodaties. Het gaat om een combinatie van normen / reglementaire eisen, algemeen aanvaarde richtlijnen en praktische aanbevelingen.
  3. De onder 2 vermelde normen en regels zijn de formele bepalingen met een verplichtend karakter afkomstig uit de NOC*NSF normbladen, de officiële KNKV spelregels, Reglement van Wedstrijden en bestuursbesluiten.
  4. Deze normen en regels omvatten de van kracht zijnde minimumeisen.
  5. Elke korfbalaccommodatie wordt bij ingebruikneming voor wedstrijden namens het Bondsbestuur gekeurd Daarbij gelden de in dit bestuursbesluit genoemde normen en regels als toetssteen. Bij de keuringsprocedure wordt gehandeld in overeenstemming met artikel 17 lid 2 van het Reglement van Wedstrijden.

Dit besluit treedt in werking op 1 juli 2018.